Editie 2022
Videodroom
In Spindle de voorstelling van visuele en performancekunstenaar Oona Libens, ontmoeten een alwetende Spin en een opkomende artificiële intelligentie elkaar. Ze hebben het over de geschiedenis van het weven en de toekomst van de digitale technologie.
Spindle vertrekt vanuit de link tussen deze twee schijnbaar tegenovergestelde technologieën. Tijdens de dialoog van de Spin en de AI wordt een web van connecties en perspectieven gesponnen. Ponskaarten (kartonnen kaarten waarbij de posities van ponsgaatjes de informatie representeren) die tijdens de industrialisatie weefgetouwen automatisch aanstuurden, vormden de inspiratie en basis voor de vroegste programmeerbare computers. Een weefsel is dus net zo goed een drager van nulletjes en eentjes: in die zin is weven in principe de eerste binaire technologie.
Zoals in eerder werk gebruikt de Belgisch-Zweedse Libens zowel antieke als hedendaagse projectietechnieken en schaduw- en lichteffecten. Zo creëert ze een kortstondig, tastbaar en soms haperend universum, dat perfect binnen ons VIDEODROOM-programma past.
Net zoals in de werkelijkheid, probeert de AI in de voorstelling het hele wereldgebeuren in data te gieten en zo de toekomst te voorspellen. Terwijl de Spin — het archetype van een weefster — haar web weeft, leert de AI haar te imiteren, maar ook te intimideren. De Spin bezit namelijk het laatste mysterie der natuur, waar de AI nog geen vat op heeft: het spinnen van spinnenzijde...
In Spindle - het Engelse woord voor ‘(weef)spoel’ - weeft Oona Libens een intricaat universum ineen dat bestaat uit draden en objecten uit de textielsector, als metafoor voor de digitale wereld. Op scène staat een groot weefgetouw/primitieve computer, die zowel beeld als geluid voortbrengt. Muzikanten Jürgen De Blonde en Vica Pacheco werkten mee aan deze voorstelling.
Spindle is een zoektocht naar een nieuw narratief rond digitale vooruitgang — een narratief waar we als gebruikers controle over hebben en die in symbiose staat met de natuur. Misschien valt er wel iets te leren uit de traagheid en complexiteit van de weeftechniek?
Spindle vertrekt vanuit de link tussen deze twee schijnbaar tegenovergestelde technologieën. Tijdens de dialoog van de Spin en de AI wordt een web van connecties en perspectieven gesponnen. Ponskaarten (kartonnen kaarten waarbij de posities van ponsgaatjes de informatie representeren) die tijdens de industrialisatie weefgetouwen automatisch aanstuurden, vormden de inspiratie en basis voor de vroegste programmeerbare computers. Een weefsel is dus net zo goed een drager van nulletjes en eentjes: in die zin is weven in principe de eerste binaire technologie.
Zoals in eerder werk gebruikt de Belgisch-Zweedse Libens zowel antieke als hedendaagse projectietechnieken en schaduw- en lichteffecten. Zo creëert ze een kortstondig, tastbaar en soms haperend universum, dat perfect binnen ons VIDEODROOM-programma past.
Net zoals in de werkelijkheid, probeert de AI in de voorstelling het hele wereldgebeuren in data te gieten en zo de toekomst te voorspellen. Terwijl de Spin — het archetype van een weefster — haar web weeft, leert de AI haar te imiteren, maar ook te intimideren. De Spin bezit namelijk het laatste mysterie der natuur, waar de AI nog geen vat op heeft: het spinnen van spinnenzijde...
In Spindle - het Engelse woord voor ‘(weef)spoel’ - weeft Oona Libens een intricaat universum ineen dat bestaat uit draden en objecten uit de textielsector, als metafoor voor de digitale wereld. Op scène staat een groot weefgetouw/primitieve computer, die zowel beeld als geluid voortbrengt. Muzikanten Jürgen De Blonde en Vica Pacheco werkten mee aan deze voorstelling.
Spindle is een zoektocht naar een nieuw narratief rond digitale vooruitgang — een narratief waar we als gebruikers controle over hebben en die in symbiose staat met de natuur. Misschien valt er wel iets te leren uit de traagheid en complexiteit van de weeftechniek?