Regisseur
Thierry Michel, Christine Pireaux
Componist
Marc Hérouet
Editie 1981
93'
-
1981
-
Taal:
Frans
Remo di Matteo of de "tijd van de werkloosheid"
Jean-Claude Bomal of de "tijd van de depressie"
Henri Cornélisse of de "tijd van het vierploegenstelsel"
François Lempereur of de "tijd van het bilan"
Guillaume Dekkers of de "tijd van de rust"
Het centraal idee van CHRONIQUE DES SAISONS D'ACIER is de tijd, maar een tijd die voor elkeen beleefd werd in bepaalde werksituaties. Voor de ene de werkloosheid, voor de andere het pensioen, de arbeid of ziekte. Met de krisis als achtergrond, in het Luikse staalbekken, zien we vijf arbeiders behorende tot vier generaties. Vijf personages, vijf lotsbestemmingen verbonden met de op en afgaande tijd van werkloosheid naar arbeid, van arbeid naar pensioen, met zijn onmenselijke ritmes van werken en week-ends, werkuren en vrije tijd, deze tijd van nietsdoen en van geweld waar eindelijk eens wensen, driften en fantasmen zich vrij kunnen uitdrukken. Vrije tijd om zich bezig te houden of om elkaar te ontmoeten, hetzij voor de televisie, hetzij rond de familietafel, hetzij in de dancing, hetzij op de grote wegen van gemotoriseerde buitenwijken, hetzij eenzaam op zoek naar zichzelf in de wouden van de Ardennen. Vijf getuigenissen die tevreden zijn dag na dag te leven in een dagelijkse strijd om zijn lot te beheersen. Het zijn vergeten helden uit deze strijd, elkeen heeft zijn verborgen dromen, elkeen tracht te overleven tegenover een verplettering, een bewerking van zijn eigen lot door een industriële orde.
CHRONIQUE DES SAISONS D'ACIER is een film die vragen stelt over de dagelijkse arbeiderskuttuur in het begin van de jaren '80 in een streek die onzeker is over zijn toekomst. De individuele moeheid neemt meer en meer de overhand op de sociale strijd, het geloof in de arbeids- en morele waarden vermindert ten voordele van andere waarden die nog in gisting zijn. De film is een portret van de arbeidersklasse, die gemarkeerd is door 150 jaar industriële geschiedenis, en op sleeptouw genomen is door Cockerill. Thierry Michel en Christine Pireaux hebben in een periode en in een streek door de krisis getroffen geen "blijde" film kunnen maken. Hij is beschuldigend en stekend, schenkt meer aandacht aan de moeheid, de ziekte, de verveling, de revolte van de arbeider dan aan de redenen om te hopen en lief te hebben. Meer dan eens herinnert ons dit pessimisme aan een materialistische gevangenis. En toch is de film niet zo zwart als hij er uit ziet; er is nog plaats voor huwelijksfeesten, om uit te gaan. Het zijn juist de twee jongste mensen die nog een zekere hoop bezitten op een toekomst, de ouderen zijn moe, de zaak beu. Nooit zijn ze modellen, ze zijn zichzelf. Neem Remo di Matteo bvb. 19 jaar, zoon van een Italiaanse mijnwerker, woont bij zijn ouders, is werkloos en lead-singer in de rockgroep Acétylène. Hij verklaart o.a.: "Ik wil niet gans mijn leven de fabriek in, en dan niets anders meer zien dan fabrieksmuren. Dank je. Zonder de punks zou er de laatste jaren niets meer gebeurd zijn. Zij hebben aan alles salut en de kost gezegd. Da’s fijn." Een tweede arbeider, Henri Comélisse is er 49, gescheiden, werkt al 27 jaar in het staal als elektrieker, werkt nog steeds in ploegen. Tijdens de week-ends en vakanties trekt hij de natuur in. "Ik hou van de Hoge Venen, de wind, het licht dat steeds verandert, de kleuren van de planten, de zang van de vogels". De arbeider wordt terug mens, eens hij zijn grijze omgeving achter zicht laat. Hij herleeft.
CHRONIQUE DES SAISONS D'ACIER is een zeer goed gemaakte film, die dikwijls zeer ontroerend is, zowel door zijn personages als door de fotogenie van de industriële- en natuurlandschappen. Men wordt verleid door een zoeken naar kon trasten: de hel van de staalfabriek tegenover de rust, de kleur in de Ardennen. Een film die het probleem van het industrieel bestand niet vanuit een ekonomisch of financieel oogpunt bekijkt, wel vanuit een menselijk oogpunt. Wat gaan die mensen doen als er geen arbeidsplaatsen meer zijn? De jongeren die in het staal geboren zijn en zich aan het staal moeten onttrekken; kunnen nog een persoonlijke reaktie bedenken, hun ideëen bekend maken; voor de ouderen is er slechts een afwachten, zij moeten zich nu reeds beschouwen als sociaal "geassisteerden".
Jean-Claude Bomal of de "tijd van de depressie"
Henri Cornélisse of de "tijd van het vierploegenstelsel"
François Lempereur of de "tijd van het bilan"
Guillaume Dekkers of de "tijd van de rust"
Het centraal idee van CHRONIQUE DES SAISONS D'ACIER is de tijd, maar een tijd die voor elkeen beleefd werd in bepaalde werksituaties. Voor de ene de werkloosheid, voor de andere het pensioen, de arbeid of ziekte. Met de krisis als achtergrond, in het Luikse staalbekken, zien we vijf arbeiders behorende tot vier generaties. Vijf personages, vijf lotsbestemmingen verbonden met de op en afgaande tijd van werkloosheid naar arbeid, van arbeid naar pensioen, met zijn onmenselijke ritmes van werken en week-ends, werkuren en vrije tijd, deze tijd van nietsdoen en van geweld waar eindelijk eens wensen, driften en fantasmen zich vrij kunnen uitdrukken. Vrije tijd om zich bezig te houden of om elkaar te ontmoeten, hetzij voor de televisie, hetzij rond de familietafel, hetzij in de dancing, hetzij op de grote wegen van gemotoriseerde buitenwijken, hetzij eenzaam op zoek naar zichzelf in de wouden van de Ardennen. Vijf getuigenissen die tevreden zijn dag na dag te leven in een dagelijkse strijd om zijn lot te beheersen. Het zijn vergeten helden uit deze strijd, elkeen heeft zijn verborgen dromen, elkeen tracht te overleven tegenover een verplettering, een bewerking van zijn eigen lot door een industriële orde.
CHRONIQUE DES SAISONS D'ACIER is een film die vragen stelt over de dagelijkse arbeiderskuttuur in het begin van de jaren '80 in een streek die onzeker is over zijn toekomst. De individuele moeheid neemt meer en meer de overhand op de sociale strijd, het geloof in de arbeids- en morele waarden vermindert ten voordele van andere waarden die nog in gisting zijn. De film is een portret van de arbeidersklasse, die gemarkeerd is door 150 jaar industriële geschiedenis, en op sleeptouw genomen is door Cockerill. Thierry Michel en Christine Pireaux hebben in een periode en in een streek door de krisis getroffen geen "blijde" film kunnen maken. Hij is beschuldigend en stekend, schenkt meer aandacht aan de moeheid, de ziekte, de verveling, de revolte van de arbeider dan aan de redenen om te hopen en lief te hebben. Meer dan eens herinnert ons dit pessimisme aan een materialistische gevangenis. En toch is de film niet zo zwart als hij er uit ziet; er is nog plaats voor huwelijksfeesten, om uit te gaan. Het zijn juist de twee jongste mensen die nog een zekere hoop bezitten op een toekomst, de ouderen zijn moe, de zaak beu. Nooit zijn ze modellen, ze zijn zichzelf. Neem Remo di Matteo bvb. 19 jaar, zoon van een Italiaanse mijnwerker, woont bij zijn ouders, is werkloos en lead-singer in de rockgroep Acétylène. Hij verklaart o.a.: "Ik wil niet gans mijn leven de fabriek in, en dan niets anders meer zien dan fabrieksmuren. Dank je. Zonder de punks zou er de laatste jaren niets meer gebeurd zijn. Zij hebben aan alles salut en de kost gezegd. Da’s fijn." Een tweede arbeider, Henri Comélisse is er 49, gescheiden, werkt al 27 jaar in het staal als elektrieker, werkt nog steeds in ploegen. Tijdens de week-ends en vakanties trekt hij de natuur in. "Ik hou van de Hoge Venen, de wind, het licht dat steeds verandert, de kleuren van de planten, de zang van de vogels". De arbeider wordt terug mens, eens hij zijn grijze omgeving achter zicht laat. Hij herleeft.
CHRONIQUE DES SAISONS D'ACIER is een zeer goed gemaakte film, die dikwijls zeer ontroerend is, zowel door zijn personages als door de fotogenie van de industriële- en natuurlandschappen. Men wordt verleid door een zoeken naar kon trasten: de hel van de staalfabriek tegenover de rust, de kleur in de Ardennen. Een film die het probleem van het industrieel bestand niet vanuit een ekonomisch of financieel oogpunt bekijkt, wel vanuit een menselijk oogpunt. Wat gaan die mensen doen als er geen arbeidsplaatsen meer zijn? De jongeren die in het staal geboren zijn en zich aan het staal moeten onttrekken; kunnen nog een persoonlijke reaktie bedenken, hun ideëen bekend maken; voor de ouderen is er slechts een afwachten, zij moeten zich nu reeds beschouwen als sociaal "geassisteerden".
Image gallery
Generiek
Regisseur
Thierry Michel, Christine Pireaux
Componist
Marc Hérouet
Scenario
Thierry Michel, Christine Pireaux
Cinematograaf
Alain Marcoen
Meer informatie
Taal
Frans
Productielanden
België
Jaar
1981