Regisseur
Joe Massot
Met
The Beat, The Bodysnatchers, The Selecter, The Specials
Editie 1981
50'
-
1981
-
Documentaire, Muziek/Musical
-
Taal:
Engels
JOE MASSOT
Zoals bij heel wat muziekfilms is de regisseur van weinig belang. Meestal onbekend, zoals deze Joe Massot, maar voor DANCE CRAZE kan hij waarschijnlijk niet verantwoordelijk gesteld worden. De echte "schepper" van de film is Joe Dunton, die de fotografie leidde, een nieuwe techniek uitvond en als "visual concept" vermeld staat.
Twee jaartjes geleden kwam in het Verenigd Koninkrijk een nieuwe muziek naar voren die een kenmerkende klank en stijl had en die een hele nieuwe beweging op gang bracht, vlug gevolgd door miljoenen jongeren in het hele land. De "sound" was Two-Tone (Twee-Kleur) zo genoemd omdat de bands een multi-raciale samenstelling hadden en naar de naam van het platenmerk, opgericht door een aantal groepen. De muziek maakte gebruik van ska en bluebeat en werd, met zijn sterk ritmische basis, de dansmuziek van een nieuwe generatie. De bands kapten met de gebruikelijke optredens voor een zittend publiek en moedigden hun luisteraars aan te dansen en mee te doen aan de muziek, nodigden hen zelfs op het podium uit.
DANCE CRAZE brengt hulde aan dit fenomeen en door middel van gevorderde film- en geluidsopnametechnieken geeft de film een perfekte weergave van de opwinding van liveoptredens van de bands verbonden met de Two-Tone sound: Bad Manners, The Beat, The Bodysnatchers, Madness, The Selecters en The Specials, wiens hit "Gangsters" uit 1979 de hele beweging lanceerde. Al de bands in DANCE CRAZE bereikten indrukwekkende verkoopcijfers. The Specials hebben twee hitalbums op hun naam staan, met zes Top ten singles waaronder de nummer één "Too Much Too Young". Madness heeft ook twee hitalbums, met zeven hitsingles. The Beat hebben één hit l.p. en vijf hitsingles net als The Selecter. Samen met de hits van Bad Manners en The Bodysnatchers overtreft de platenverkoop van de groepen in DANCE CRAZE de vijf miljoen exemplaren in Engeland alleen, plus aanzienlijk internationaal succes.
Volgens de producer van DANCE CRAZE, Gavrik Losey, wiens andere film BABYLON heet, is het de bedoeling van de film de opwinding van de bands op het toneel weer te geven en de unieke relatie aan te tonen die deze bands opgebouwd hebben met hun publiek. De bedoeling is ook degenen die te jong zijn om de optredens zelf bij te wonen een kans te geven de bands aan het werk te zien. De film werd opgenomen tijdens de conserten in Engeland en Amerika door cameraman Joe Dunton op 35 mm - met een systeem dat Losey omschrijft als een uitvinding van Dunton.
Aldus de "pers tekst" of beter "de promotietekst" uitgegeven door een publiciteitsagent. Spijtig genoeg vermeldt hij niet de reëele kwaliteiten van de film. Want nog maar al te weinig is het impakt van optredens zo gevat als in deze film. Het is opvallend dat de enige mensen met ruimte om te dansen (behalve de deelnemers aan een danswedstrijd anno 1958 die we in een flits uit Pathénieuws zien) de leden van de groepen die op het podium staan zijn. Het publiek zelf is een dichte massa lichamen met weinig plaats voor om 't even wie om de rocksteady te doen. Aan deze contradiktie wordt voorbijgegaan door het ironische commentaar dat de massa fans vlug afdoet als jongeren die hun geschillen bijleggen onder de gloed van neonlampen. Dit bereidt de weg voor de daaropvolgende muur van band na band. Ook de groepen worden vanop het toneel gezien, wat de toeschouwer aanspoort aandacht te hebben voor niets anders dan de optredens en de muziek. Maar het zien van Charlie Andersen, bassist van The Selecters, met Rastafari dreadlocks plus "net kostuumpje" illustreert direct de bonte mengelmoes van stijlen en invloeden die in deze "beweging" vervat zitten en die op de dansvloer even belangrijk zijn als op het toneel. In elk geval blijf nog zitten en luisteren na de eindgeneriek, want daarachter zit nog een verrassingetje.
Zoals bij heel wat muziekfilms is de regisseur van weinig belang. Meestal onbekend, zoals deze Joe Massot, maar voor DANCE CRAZE kan hij waarschijnlijk niet verantwoordelijk gesteld worden. De echte "schepper" van de film is Joe Dunton, die de fotografie leidde, een nieuwe techniek uitvond en als "visual concept" vermeld staat.
Twee jaartjes geleden kwam in het Verenigd Koninkrijk een nieuwe muziek naar voren die een kenmerkende klank en stijl had en die een hele nieuwe beweging op gang bracht, vlug gevolgd door miljoenen jongeren in het hele land. De "sound" was Two-Tone (Twee-Kleur) zo genoemd omdat de bands een multi-raciale samenstelling hadden en naar de naam van het platenmerk, opgericht door een aantal groepen. De muziek maakte gebruik van ska en bluebeat en werd, met zijn sterk ritmische basis, de dansmuziek van een nieuwe generatie. De bands kapten met de gebruikelijke optredens voor een zittend publiek en moedigden hun luisteraars aan te dansen en mee te doen aan de muziek, nodigden hen zelfs op het podium uit.
DANCE CRAZE brengt hulde aan dit fenomeen en door middel van gevorderde film- en geluidsopnametechnieken geeft de film een perfekte weergave van de opwinding van liveoptredens van de bands verbonden met de Two-Tone sound: Bad Manners, The Beat, The Bodysnatchers, Madness, The Selecters en The Specials, wiens hit "Gangsters" uit 1979 de hele beweging lanceerde. Al de bands in DANCE CRAZE bereikten indrukwekkende verkoopcijfers. The Specials hebben twee hitalbums op hun naam staan, met zes Top ten singles waaronder de nummer één "Too Much Too Young". Madness heeft ook twee hitalbums, met zeven hitsingles. The Beat hebben één hit l.p. en vijf hitsingles net als The Selecter. Samen met de hits van Bad Manners en The Bodysnatchers overtreft de platenverkoop van de groepen in DANCE CRAZE de vijf miljoen exemplaren in Engeland alleen, plus aanzienlijk internationaal succes.
Volgens de producer van DANCE CRAZE, Gavrik Losey, wiens andere film BABYLON heet, is het de bedoeling van de film de opwinding van de bands op het toneel weer te geven en de unieke relatie aan te tonen die deze bands opgebouwd hebben met hun publiek. De bedoeling is ook degenen die te jong zijn om de optredens zelf bij te wonen een kans te geven de bands aan het werk te zien. De film werd opgenomen tijdens de conserten in Engeland en Amerika door cameraman Joe Dunton op 35 mm - met een systeem dat Losey omschrijft als een uitvinding van Dunton.
Aldus de "pers tekst" of beter "de promotietekst" uitgegeven door een publiciteitsagent. Spijtig genoeg vermeldt hij niet de reëele kwaliteiten van de film. Want nog maar al te weinig is het impakt van optredens zo gevat als in deze film. Het is opvallend dat de enige mensen met ruimte om te dansen (behalve de deelnemers aan een danswedstrijd anno 1958 die we in een flits uit Pathénieuws zien) de leden van de groepen die op het podium staan zijn. Het publiek zelf is een dichte massa lichamen met weinig plaats voor om 't even wie om de rocksteady te doen. Aan deze contradiktie wordt voorbijgegaan door het ironische commentaar dat de massa fans vlug afdoet als jongeren die hun geschillen bijleggen onder de gloed van neonlampen. Dit bereidt de weg voor de daaropvolgende muur van band na band. Ook de groepen worden vanop het toneel gezien, wat de toeschouwer aanspoort aandacht te hebben voor niets anders dan de optredens en de muziek. Maar het zien van Charlie Andersen, bassist van The Selecters, met Rastafari dreadlocks plus "net kostuumpje" illustreert direct de bonte mengelmoes van stijlen en invloeden die in deze "beweging" vervat zitten en die op de dansvloer even belangrijk zijn als op het toneel. In elk geval blijf nog zitten en luisteren na de eindgeneriek, want daarachter zit nog een verrassingetje.
Image gallery
Generiek
Regisseur
Joe Massot
Met
The Beat, The Bodysnatchers, The Selecter, The Specials
Cinematograaf
Joe Dunton
Monteur
Ben Rayner, Anthony Sloman
Producent
Gavrik Losey
Meer informatie
Taal
Engels
Productielanden
Verenigd Koninkrijk
Jaar
1981