Een dubbeltje te weinig

EEN DUBBELTJE TE WEINIG Nederland begin jaren '50. Een 16-jarige jongen en een even oud meisje maken op een doordeweekse dag kennis met elkaar. De jongen spijbelt, het meisje is voor drie dagen van de middelbare meisjesschool gestuurd. Er ontstaat een voorzichtige toenaderingspoging tussen de twee. Ankie leeft nogal onder de druk van haar moeder maar is vooral gevormd door de conventie van die dagen. Duidelijk wordt hoezeer zowel zij als Jop kinderen zijn van de tijd waarin ze leven. Vooral omdat Jop door de opvoeding of juist de niet-opvoeding van zijn vader wat ongedwongener en minder conventioneel van aard is gebeurt er wel degelijk iets, want uiteindelijk zal blijken dat het meisje toch sterker is dan ze zich aanvankelijk voordeed ... Een dubbeltje te weinig vertelt een klein verhaal waarin vooral het tijdsbeeld een dwingende en bepalende betekenis heeft zonder dat al te opgelegd het karakter en de leef­omstandigheden van een voorbije periode centraal staan. Iemand zei over deze film: Er loopt een ketting van een fiets, meer gebeurt er eigenlijk niet. Het drama in dit verhaal zit in de mensen en niet in opgeschroefde gebeurtenissen.