Eszkimó asszony fázik is het verhaal van een driehoeksverhouding. Mari verlaat haar man Janos, die doofstom is, voor Laci, een klassiek pianist die vooral Debussy en Satie speelt. Lacy laat zijn carrière in de steek en zij gaan samenwonen. Zij beginnen een groep waarin zij zingt en hij componeert. Maar Janos laat nog van zich horen en het blijkt dat Mari toch nog wel van hem houdt. Voor Laci is dit moeilijk te verteren. Hij raakt aan de fles en hun samenwonen gaat langzaam kapot. Het komt tot een confrontatie tussen de twee mannen, op het ogenblik dat Mari al op de boot naar het westen zit.
Deze film is in heel wat opzichten woelig en controversieel, zeker in een Oost-Europese context. Xantus gaat in op een reeks problemen waarover men in Oost-Europa niet zo gemakkelijk praat, laat staan films over maakt. Alcoholisme bv., jeugdgeweld, subcultuur, maar evenzeer sexuele problemen, die doorgaans taboe zijn, zoals sodomie. Er is in dit verband sprake van 'de verwestering van Hongarije', in casu de randfenomenen van het leven in een grootstad zoals wij die hier in het westen goed kennen: drugs, drank, enz. De manier waarop het westen in de geest van de personages speelt en hun onverholen verlangen om dat Westen te beleven, ja, zelfs het communistische staatsbestel te verwerpen, is behoorlijk gewaagd. Dat deze film in Hongarije gemaakt kon worden, spreekt voor de openheid Waarmee in Hongarije vingers op wonden kunnen worden gelegd.
Janos Xantus (Boedapest 1953) propageert de vrije creativiteit. Hij maakte een reeks kortfilms, Vrouwenhanden, waarin het improvisatorische element een belangrijke rol speelde, werd 3 jaar geleden tijdens het Filmgebeuren vertoond. Dat geldt ook voor De Eszkimó asszony fázik, zijn speelfilmdebuut, dat vorig jaar in Cannes werd opgemerkt.
(Vrij naar persmap, Le Film Français, 14.5.1985)
Image gallery
Generiek
János Xantus
Gábor Lukin, Mihály Víg
Marietta Méhes, Boguslaw Linda, Andor Lukáts
János Xantus
András Matkócsik
Katalin Kabdebó
András Elek
Meer informatie
Hongaars
Hongarije
1984