Deze tweede film van Jorge Sabjines -en tegelijkertijd tweede Boliviaanse langspeler- is volgens de auteur zelf een oorlogsverklaring aan het adres van de "echte hoofdstad van Bolivië", namelijk Washington. "Deze film, aldus Sanjines, toont de strijd tussen twee machten die de Boliviaanse werkelijkheid bepalen; het volk op zoek naar leven en het imperialisme dat de dood brengt.” Tegen deze revolutionaire achtergrond, speelt zich een zeer eenvoudige, wreed-schone geschiedenis af. Men kan niets anders dan de kracht, maar ook de tederheid, de passie en de schroom van deze film bewonderen.
(Guy Braucourt)
Regisseur Jorge Sanjines las voor het eerst dat de Indiaanse bevolking werd gesteriliseerd, in een Boliviaanse krant. Een joernalist schreef dat leden van het Amerikaans Peace Corps hiervoor verantwoordelijk waren. Indiaanse vrouwen werden gesteriliseerd in een kraamverpleging niet ver van het Titicaca-meer, wat nog onrustbarender was: zij deden het zonder toestemming van de patiënten die niet wisten wat er gebeurde en lange tijd dachten dat zij vervloekt waren door hun goden.
Toen het nieuws werd gemeld door een katoliek radiostation in La Paz, volgde een ontkenning door de goeverneur, terwijl het Peace Corps bezwoor dat er niets waar was van de beschuldigingen.
Regisseur Sanjines onderzocht op eigen gelegenheid de beschuldigden en sprak met doktoren en gynaecologen die sommige Quechuavrouwen hadden behandeld; zij waren het erover eens dat deze vrouwen in de Amerikaanse kliniek waren gesteriliseerd zonder haar toestemming.
“Ymar Mallku" toont de uitroeiing van de Quechua-Indianen door een staf Amerikaanse doktoren, die de vrouwen van de stam steriliseren wanneer ze naar een nieuwe moderne kraaminrichting komen. Langzaam aan realiseren de Indianen zich wat er gebeurt. De mannen van het dorp gaan boos naar het hospitaal; ze hebben besloten de buitenlanders te behandelen zoals de buitenlanders hun vrouwen hebben behandeld. In de scènes die volgen kontrasteert de zwijgende waardigheid van de Indianen scherp met de huilerige verklaringen die de Amerikaanse specialisten geven. Tenslotte moeten de Indianen hun uitdagend gebaar betalen met hun eigen bloed: de leiders van de Quechuagemeenschap worden in een ravijn door de politie geëxekuteerd. Slechts Ignacio weet te ontsnappen. Zijn vrouw Paulina brengt hem naar La Paz in de hoop dat zijn wonden daar behandeld zullen worden. Sindo, Ignacio's broer die in een fabriek in de stad werkt zwerft door de straten; hij probeert geld bij elkaar te krijgen om het bloedplasma te kopen dta Ignacio zal redden. Ignacio sterft. Zijn broer trekt het traditionele kostuum aan van de Quechuaboer, en gaat met zijn schoonzuster terug naar het dorp hoog in de bergen. Het laatste beeld in de film, van wapens die door tientallen handen verheven worden, verzekert ons dat de strijd zal voortgaan.
Image gallery
Generiek
Jorge Sanjines
Alfredo Domínguez, Ignacio Quispe, Alberto Villalpando
Marcelino Yanahuaya, Benedicta Mendoza, Vicente Verneros Salinas
Jorge Sanjines, Óscar Soria
Antonio Eguino
Jorge Sanjines
Ricardo Rada
Grupo Ukamau
Meer informatie
Spaans, Quechua, Engels
Bolivië
1969