Balans 70ste Berlinale: eerste horde genomen voor vernieuwing
Met haar toekenning van de Gouden Beer aan ‘There is No Evil’ van Mohammad Rasoulof maakte de Berlinale-jury een kunstzinnig en politiek statement dat op haast algemene instemming werd onthaald. De 70ste editie van de Berlinale was echter geen topper, maar had bezienswaardige films in petto. De verwachtingen in verband met de nieuwe leiding waren duidelijk te hoog en de ongeduldige Berlijnse pers is niet altijd even mals voor artistiek leider Carlo Chatrian. Maar daarom heimwee koesteren naar diens kleurrijkere voorganger Dieter Kosslick, of poneren dat Berlijn misschien de stap te ver is voor de vanuit het festival van Locarno gepromoveerde Chatrian, is niet netjes.
[IMG]
Inhoud
Inhoud, inhoud en nog eens inhoud. Dat waren de meest gehoorde woorden als je in Berlijn naar een omschrijving vroeg van de persoonlijkheid van Carlo Chatrian. Terugblikkend op zijn eerste festival frons je bij de herinnering aan onder meer zijn openingsfilm ‘My Salinger Year’ van Philippe Falardeau eventjes met het voorhoofd, maar met enkele competitiefilms en vooral met zijn nieuwe competitieve sectie ‘Encounters’ met inhoudelijke en vormvernieuwende films moet je zijn beoordelaars gelijk geven.
Vraag blijft of twee competities met in totaal 33 films in één festival werkbaar zal blijven. Wie verlangt dat Berlijn zich terug op het niveau van Cannes of Venetië hijst, moet Chatrian en zijn zakelijk leidster Mariette Rissenbeek op zijn minst een kans geven. De eerste stappen zijn gezet.
Politiek gekleurd publieksfestival
Chatrian’s Berlinale is intussen trouw gebleven aan haar roots: een publieksfestival zijn met een politieke kleur. Van 20 februari tot 1 maart werden ongeveer 330.000 tickets verkocht en de Gouden Beer heeft duidelijk een politiek tintje. Berlinale-winnaar Mohammad Rasoulof kreeg in 2017 na een promotietocht van zijn in Cannes bekroonde ‘A Man of Integrity’ beroepsverbod in Iran. Daarbovenop kwam een jaar gevangenisstraf die toevallig tijdens het draaien van ‘There is No Evil’ in beroep werd bevestigd. Naar de buitenwereld toe stelde Rasoulof het draaien van zijn jongste film voor als het inblikken van een kortfilm. Omdat de censuur vooral het draaien van een langspeelfilm in het oog houdt. Vandaar dat ‘There is No Evil’ uit vier korte films bestaat die enkel losjes met elkaar verbonden zijn.
Stem
Het centrale thema blijft telkens opnieuw hetzelfde. Hoe leef je als individu in een land dat de doodstraf als repressiemiddel gebruikt? Kan het kwaad zo’n erge vorm aannemen dat de doodstraf als ultieme strafmaat wordt gehanteerd? Kan je in een dergelijke situatie nog een eigen stem laten horen? In het titelverhaal zien we hoe het hoofdpersonage een doodnormaal leven leidt en daarbij contrasterend een ongewone en vrij lugubere taak uitvoert. In het tweede verhaal slaat de bewaker van een terdoodveroordeelde op de vlucht terwijl hij de man naar de galg begeleidt. Ook de twee andere verhalen zijn opgebouwd rondom iemand die met de doodstraf wordt of werd geconfronteerd.
[IMG]
Persoonlijk
Volgens Rasoulof is ieder verhaal met zijn persoonlijk leven verbonden. Zo bracht een toevallige ontmoeting met een van zijn vroegere ondervragers en bewakers hem op het idee van de man die overdag een doodgewoon leven leidt en plots een beul blijkt te zijn. De hele film speelt zich af in ongewone maar indrukwekkende en afgelegen decors. Kwestie van niet te veel in het vizier te lopen. Rasoulof zou daarbij ook af en toe de regie aan assistenten hebben overgelaten. Hij engageerde wel zijn eigen dochter, Baran, voor een rol in het vierde verhaal van zijn film. Baran Rasoulof leeft nu met haar moeder in Hamburg. Aan het Gouden Beer-beeldje zelf werd cynisch en symbolisch verzocht om in Teheran de groeten te doen aan de vader die zoals verwacht geen reisvisum naar Berlijn had gekregen. Met zijn bekroning treedt Rasoulof in de voetsporen van Jafar Panahi die ook niet naar de Berlinale mocht en er de Gouden Beer won voor zijn clandestien gedraaide ‘Taxi, Teheran’.
Essentie
Net als voor de Gouden Beer was er veel instemming voor de Zilveren Beer, grote prijs van de jury, voor ‘Never Rarely Sometimes Always’ van Eliza Hittman. Een zogenoemde kleine film over een zwanger zeventienjarig meisje Autumn dat met haar nichtje naar New York trekt om daar een abortus te laten uitvoeren. In de staat Pennsylvania, waar Autumn leeft, moet een van de ouders toestemming daartoe geven en Autumn verwacht niet dat ze die zal krijgen. Eliza Hittman toont hoe beide meisjes zich doorheen het Amerikaanse gezondheidssysteem moeten wurmen om hun doel te bereiken. Zonder daarbij ooit de gemoedsgesteldheid van Autumn uit het oog te verliezen. Ze oordeelt evenmin over de beslissing van Autumn. Door haar verhaal tot de essentie te herleiden, maakt ze het des te indringender. Autumn is niet iemand die je vergeet als de film voorbij is. Temeer omdat het personage door een debuterende Sidney Flanigan wordt vertolkt. Haar sobere aanpak geeft Autumn diepgang. ‘Never, Rarely, Sometimes, Always’ - de titel is ontleend aan de multiplechoicevragen die Autumn bij Planned Parenthood moet beantwoorden - kwam via het Sundance festival naar de Berlinale. Carlo Chatrian wil de samenwerking met dat festival van de onafhankelijke film verder versterken. Geheel nieuw is een dergelijk plan niet, want enkele jaren geleden waren er al verschillende reeksen ‘Sundance at the Berlinale’.
Blik op de toekomst
Op deze 70ste Berlinale was Flanigan niet de enige jonge actrice die aan het begin van een grote carrière lijkt te staan. Dat geldt evenzeer voor Sandra Guldberg Kampp uit de in de Panorama-sectie vertoonde Deense ‘Wildland’ van Jeanette Nordahl. Na het verongelukken van haar moeder wordt Ida (Sandra Guldberg Kampp) opgevangen door haar tante Bodil. Haar gezin is echter niet alleen disfunctioneel maar ook crimineel. Ida zal uiteindelijk moeten kiezen tussen loyauteit aan de familie en het bewandelen van het rechte pad. ‘Wildland’ behoort tot het beste van de afgelopen Berlinale.
Idem dito voor ‘The Assistant’ van Kitty Green. Zij toont een dag uit het leven van Jane, een jonge assistente op de werkvloer van een mediamagnaat. Onvermijdelijk denk je daarbij aan Harvey Weinstein en er worden zeker geen pogingen gedaan om dat te verdoezelen. Jane wordt indrukwekkend vertolkt door Julia Garner. Alleen al om Eliza Hittman, Jeanette Nordahl, Kitty Green en Sidney Flanigan, Sandra Guldberg Kampp, en Julia Garner aan het werk te zien was de voorbij Berlinale de moeite waard. Zo biedt een festival perspectief naar de toekomst.
Sprookje
Voor Sidney Flanigan kwam een bekroning als beste actrice nog wat te vroeg en die ging dus naar Paula Beer uit ‘Undine’ van Christian Petzold. In dit zich in Berlijn afspelend modern sprookje wordt Undine bedrogen door haar vriend en moet ze hem doden vooraleer ze tot haar vroegere staat, waternymf, terugkeert. Of wordt ze door een nieuwe liefde gered? Paula Beer voelt zich als Undine, de vergelijking ligt voor de hand, als een vis in het water en gebrek aan originaliteit kan je de getalenteerde Petzold niet verwijten. In de plaats van ‘Undine’ hadden velen de nieuwe versie van Alfred Döblins roman ‘Berlin Alexanderplatz’ op het Berlinale-palmares verwacht.
Moed
Regisseur Burhan Qurbani verplaatst de actie van het Berlijn uit de jaren twintig naar deze tijd. Met een aanspoelende vluchteling kan de openingsscène moeilijk actueler. Francis overleefde de hel en is daarom vastbesloten om dankbaar een goed en rechtschapen leven te leiden. Haast ongemerkt komt hij toch in de klauwen van drugsdealer Reinhold terecht en verwordt hij tot Franz. Tot hij misschien het liefdesgeluk vindt bij Mieze maar dan staat nog altijd Reinhold op de loer. Qurbani begint vol moed aan zijn versie en hij brengt het er niet slecht vanaf maar het project stijgt hem uiteindelijk wat boven het hoofd. De uit West-Guinea afkomstige Welket Bungué speelt overtuigend de hoofdrol en wie van de jury wat ‘inclusiviteit’ had verwacht door hem de Zilveren Beer voor de beste mannelijke vertolking toe te kennen, was eraan voor de moeite.
'American Beauty' zonder beauty
De Zilveren Beer voor beste acteur ging naar Elio Germano die de hoofdrol vertolkt in ‘Hidden Away’ van Giorgio Diritti en tevens meespeelt in ‘Bad Tales’ van Fabio en Damiano D’ Innocenzo. ‘Hidden Away’ is een filmbiografie over de beroemde schilder Antonio Ligabue. Diritti heeft veel aandacht voor de psyche en het talent van deze verworpene onder vele kunstenaars, en maakt van deze revolutionaire visionaire man een boeiend portret. De film past uitstekend in de reeks films die Chatrian voor de Berlinale beloofde over mensen die een alledaagse overlevingsstrijd moeten voeren en daarbij net niet helemaal onderuit gaan. Germano maakt van zijn Ligabue portrettering net geen shownummer. De andere film, ‘Bad Tales’ staat kwalitatief een trapje hoger en leverde de makers de prijs op voor het beste scenario. Het speelt zich af onder mistevreden middenklassers in een voorstad van Rome. Zelden zo’n perfecte pitch gehoord als die van de gebroeders D’Innocenzo over hun film. “Het is ‘American Beauty’ maar dan zonder America en zonder beauty”. Een niet te verbeteren statement.
Verdeeld
Met Hong Sangsoo’s Zilveren Beer voor beste regisseur voor zijn minimalistische en mysterieuze ‘The Woman Who Ran’ komt toch een cultregisseur op het palmares. Dankzij de Zilveren Beer voor een bijzonder artistieke bijdrage voor Jürgen Jürges krijgt het palmares nog een Duits trekje. Jürges verzorgde de fotografie voor ‘DAU. Natasha’ van Ilya Khrzhanovskiy en Jekaterina Oertel.
Over het DAU-project vloeide al heel wat inkt want het zou al begonnen zijn in 2005 en zou gaan om een verfilming van het leven van de Sovjetgeleerde Lev Landau. In Oekraïne werd het lab van de geleerde nagebouwd en dat groeide uit tot een gigantisch filmplateau waar alle betrokkenen zowat twee jaar samenleefden. Acteurs en actrices werden meestal gekozen op basis van hun beroepsleven en vaardigheden. Uit zowat 700 km meter film werden al 13 films gemonteerd. Waar ‘Natasha’ in past, weten we niet. Natasha is de uitbaatster van een kantine waar Sovjetgeleerden verbroederen met buitenlandse collega’s. Het gaat er losbandig aan toe en de sfeer tussen Natasha en haar jongere collega is niet altijd even hartelijk. Drank en seks is er in overvloed en plots besluit de KGB om in te grijpen. Natasha wordt aangehouden en door een hondsbrutale ondervrager vernederd. Ook seksueel. Haar ondervrager in de film zou dat in werkelijkheid ook geweest zijn. Het resultaat is schokkend en getuigt van een bijzonder negatieve kijk op het mensdom. We hebben hem, de donkere film die Chatrian voor ogen had. ‘Natasha’ verdeelde volgens voorzitter Jeremy Irons de jury. Bij andere prijzen was dat blijkbaar niet het geval.
Delete history
Wat wel vragen oproept in verband met de Zilveren Beer voor de 70ste Berlinale voor ‘Delete History’ van Benoît Delepine en Gustave Kervern. Een ondermaatse satire op de “gevaren” van de sociale media. De film gaat alle kanten uit, is flauw en zelden grappig. Maar er werd onbeschaamd gelachen. Blijkbaar activeerde de jury eens letterlijk de 'delete history'-knop want anders is het toch niet mogelijk dat ze ‘First Cow’ van Kelly Reichardt vergat, een bijzonder fijn en sfeerrijk portret van twee trappers die zich in het begin van de 19e eeuw in Oregon door het leven slaan. Niet met behulp van wapens, maar met melk en honing waarmee ze oliekoek en clafoutis bereiden.
Puin
Door de “Doppelspitze” Chatrian en Rissenbeek moet er nu wat puin worden geruimd. De zaak van Alfred Bauer, stichter van de Berlinale en hun voorganger, die meer nazi was dan hij toegaf, moet volledig wetenschappelijk worden uitgespit. En ze moeten op zoek naar een andere komiek als opener van de Berliner Filmfestspiele en naar een jury die wat meer voor het voetlicht wil treden. Vissen in de steeds meer uitdrogende arthousevijver wordt nog een heikele taak. De eerste vangst is binnen. Nu keerden we tevreden terug uit Berlijn, ooit wordt dat enthousiast.