Laat ons in bittere tijden niet verbitterd worden. Met dat citaat van de indertijd uit de DDR verbannen protestzanger Wolf Biermann probeert Berlinale directeur Dieter Kosslick er bij de aanvang van de 67e Berlinale er de moed in te houden.
Moed soms tegen beter weten in, schrijft hij in zijn Berlinale voorwoord, maar zich toch ook steunend op de competitiefilms. Hij maakt zich sterk dat er ondanks alles oplossingen zijn en dat cineasten steeds een uitweg zoeken en aangeven uit de problemen. En hij belooft dat er tussen 9 en 19 februari ook zal gelachen worden in het Berlinale Palast, de hoofdlocatie van het festival.
Met zijn achttien films is de competitie of het Wettbewerb slechts een klein onderdeel van de Berlinale waar in totaal 399 films worden vertoond, 34 minder dan vorig jaar. Klein betekent uiteraard niet onbelangrijk want zowel voor pers, verdelers en publiek gaat het om de Gouden Beren die aan het einde van de rit worden uitgereikt. Dat is de taak van de internationale jury die onder leiding staat van Paul Verhoeven die steevast het epitheton schandaalregisseur krijgt opgekleefd. Van actrices als Maggie Gyllenhaal en Julie Jentsch wordt enige verzachtende invloed verwacht op iemand die graag provoceert maar met ‘Elle’ op zijn 78ste nog van veel professionele durf en vakbekwaamheid getuigt.
Zeggen dat de competitie dit jaar hoge verwachtingen schept, zou een alternatief feit zijn. Ze wekt wel nieuwsgierigheid. Hebben Dieter Kosslick en zijn programmatoren ontdekkingen en verrassingen in petto? Blaast een film alles en iedereen van zijn of haar sokken, zoals dat in Cannes het geval was bij de door de Berlinale geweigerde ‘Son of Saul’? Kosslick en co krijgen het voordeel van de twijfel en we laten ons door hen gidsen doorheen het programma. Alles begint met ‘Django’, een Franse film van Etienne Comar over de beroemde componist en gitarist Django Reinhardt die door de nazi’s wordt achtervolgd omdat hij niet van plan is om voor hen als handpop te spelen. ‘Django’ is slechts de eerste van een handvol biografische films over kunstenaars die op de Berlinale worden vertoond. Andres Veiels draaide bijvoorbeeld een documentaire over Beuys en Stanley Tucci maakte een ‘Final Portrait’ over Alberto Giacometti.
Veel van de actuele spanningen en van de grimmige onrustige tijden is volgens de festivaldirecteur te wijten aan het falen van de grote wereldutopieën.
Een stad als Berlijn is het aan zichzelf verplicht om aandacht te schenken aan de geschiedenis. Dat gebeurt ook deze keer maar de belangstelling gaat dit jaar niet naar het eigen verleden maar naar het kolonialisme dat in niet geringe mate verantwoordelijk is voor het uitzicht van onze huidige wereld. In ‘Viceroy’s House’ beschrijft Gurinder Chadha de woelige weken voorafgaand aan de onafhankelijkheid van India. De familie van de cineaste was zelf het slachtoffer van de opsplitsing van het Indische continent in India en Pakistan. De gevolgen laten zich nog altijd voelen. Films uit Latijns-Amerika en uit Afrika behandelen eveneens een koloniaal verleden. Veel van de actuele spanningen en van de grimmige onrustige tijden is volgens de festivaldirecteur te wijten aan het falen van de grote wereldutopieën. De economische globalisering wordt in vraag gesteld en wat is er onder meer van het marxisme geworden? Voor Raoul Peck was dat laatste fenomeen een gelegenheid om een portret te maken van de jonge Karl Marx. Peck maakte in Cannes ooit furore met een film over de dood van Patrice Lumumba.
Tegenover zoveel problemen stelt Kosslick de Oost-Europese humor van Agnieszka Holland die haar komedie ‘Pokot’ in het landelijke Polen situeert. Holland is tussen haakjes de eerste van vijf vrouwelijke regisseurs die een competitiebijdrage leveren. Naast haar vinden we onder meer nog de bekende Sally Potter die in ‘The Party’ alle mogelijke seksuele gevoelens en oriënteringen samenbrengt. De Hongaarse Ildiko Enyed komt van haar kant met haar ‘On Body and Soul’ voor het eerst sinds dertig jaar naar de Berlinale terug. Duits filmveteraan Volker Schlöndorff diende sinds zijn schitterende ‘Diplomatie’ slechts drie jaar te wachten om opnieuw met ‘Return to Montauk’ present te tekenen. Benieuwd hoe deze literatuurverfilming (naar Max Frisch) het er tussen al dat jong geweld zal vanaf brengen. Voor Danny Boyle’s ‘Trainspotting 2’ moet Schlöndorff alvast geen schrik hebben want ‘T2’ wordt buiten competitie vertoond.
De Berlinale gaat er prat op het grootste publieksfestival te zijn onder de drie grote Europese filmfestivals. De verschillende secties als Panorama, Forum van de jonge film, Perspective Deutsches Kino, hebben en bereiken een ruim doelpubliek. Het kinder- en jeugdfilmfestival viert dit jaar zijn veertigjarig bestaan en trok vorig jaar niet minder dan zestigduizend jonge bezoekers. De toekomst lijkt dus verzekerd en daaraan wordt door de Berlinale hard aan gewerkt. Onder meer door de Talent Campus waar 250, uit 2700 kandidaten gekozen jonge professionals zich onder leiding van gevestigde namen kunnen bijscholen. Niemand minder dan “inpakkunstenaar” Christo komt iedereen daar moed inspreken.
Diezelfde boodschap van moed richt Dieter Kosslick eveneens aan de vluchtelingen in Berlijn. Hij vindt het een schande dat die problematiek ondergesneeuwd raakt door de fratsen van een president en roept de festivalgangers op om concreet geld te schenken aan de vele initiatieven die de Berlinale onderneemt ten voordele van de vluchtelingen. Met het volhouden van zijn vorig jaar fel besproken Willkommenspolitik bewijst Kosslick in ieder geval dat hij niet op politieke golven surft. Hij houdt er de moed in.
Berlinale
9 februari - 19 februari 2017