Turken slaan op de filmtafel

07 okt 2009
Turkije, een land dat zowel tot Azië als tot Europa behoort, levert een sterke bijdrage tot de 36ste editie van het Filmfestival Gent. Vijf onderling sterk verschillende films zijn een staalkaart van een productie die zonder de eigen culturele identiteit te verloochenen moeiteloos de eigen landgrenzen overschrijdt.

Neem bijvoorbeeld There van Hakki Kurtulus en Merik Saracoglu. In hun debuutfilm pleegt een moeder zelfmoord. Zij tonen de weerslag ervan op haar twee kinderen en de man van wie ze al jaren gescheiden leeft. Hun filmische aanpak doet sterk aan die van Ingmar Bergman denken maar de diepe achtergrond van heel het conflict is in de Turkse cultuur ingebed. De hamvraag is immers of het mogelijk is dat er liefde bestaat in een door anderen gearrangeerd huwelijk. Vanaf de eerste beelden beweert de moeder dat niemand van haar gezin van haar hield maar dat zij dat wel deed. Daarbij nodigt ze iedereen uit om samen haar testament te lezen. There is zonder twijfel een van de grote klassefilms van dit festival. Niet in het minst omdat je op een ingrijpende manier kennismaakt met levensechte, boeiende mensen en daarbij onder meer wordt geconfronteerd met rituelen die ogenschijnlijk ver van ons af staan maar ons toch zo dichtbij zijn. Ook Min Dit-The Children of Diyarbakir werd al in de context van het competitieoverzicht vermeld. In deze film merk je dat regisseur Miraz Bezar niet blind is voor de tegenstellingen en de conflicten in zijn land. Hij noemt man en paard in de moeilijke verhouding tussen Koerden en Turken. Zo laat hij er geen twijfel over bestaan wie er in het begin van zijn film een politiek geëngageerde journalist en zijn vrouw vermoordt. Met als gevolg dat hun kinderen het alleen moeten redden en slachtoffer worden van malafide personages. Daarbij speelt Bezar handig de tegenstelling uit tussen de in Zuid-Oost Turkije gelegen stad Diyarbakir en de hoofdstad Istanbul. Delicate onderwerpen als de door velen als genocide gekarakteriseerde moord op tienduizenden Armeniërs gaat de regisseur evenmin uit de weg. In Min Dit krijg je zo niet alleen een ontroerend verhaal over kinderen maar tegelijk een gedoseerde maar niet mis te verstane les in politieke geschiedenis. Verder geven de Turkse regisseurs Mehmet Bahadir Er en Maryna Gorbach een heel eigen invulling aan het spreekwoord blaffende honden bijten niet. Zij houden het in de titel bij Black Dogs Barking, zwarte blaffende honden. Hun scenario speelt zich af in de schaduw van een winkelcentrum. Twee jongeren willen in de buurt van het centrum een eigen parkeerterrein uitbaten maar niemand ziet graag concurrentie komen. Bovendien vergeten de jonge mannen toestemming te vragen aan de peetvader van de maffia. a href='http://tickets.filmfestival.be/tickets.cgi?go=moviedetail&id=09-088&lang=nl'>Black Dogs Barking heeft niet de allure van Coppola's Godfather maar als onafhankelijk gedraaide film over misdaad en straf blijft hij dagenlang nazinderen. Anatolië, zo te zien een van de mooiste streken in Turkije, vormt het decor van twee andere Turkse films. Mommo, gaat over twee kinderen die niet worden aanvaard door de nieuwe vrouw van hun vader die weduwnaar is geworden. Wellicht krijgen zij een nieuwe kans bij een familielid in Duitsland. Maar kunnen ze in dit waar gebeurd verhaal wel samen blijven? Lost Songs from Anatolia tenslotte biedt wat de titel belooft. Prachtige folk en liederen die uit een eeuwenlange cultuur zijn gegroeid. Ingepast en verpakt in een adembenemend mooi kader. Meteen is de cirkel rond. Turkije: van probleemland tot vakantieland.