Voor Sakamoto begon alles met ‘Citizen Kane’
Tijd om direct zijn regencollectie aan te vullen was er niet. Want een volle zaal keek, luisterend naar zijn scores, al uit naar de winnaar van onze WSA Lifetime Achievement Award en de componist van de filmmuziek van o.a. ‘Merry Christmas, Mr. Lawrence’, ‘The Last Emperor’ en ‘The Revenant’. Aan de hand van fragmenten uit die films kregen we inzicht in Sakamoto’s werkwijze en groeide het door gedegen curator Martinne Huvenne geleidde filmmuziekseminarie op Film Fest Gent opnieuw uit tot de beste filmmuziekles van het jaar.
Eigenlijk wilde, Ryuichi Sakamoto “niets” worden. Niets was althans het antwoord toen hem als kind op school werd gevraagd wat hij wilde worden. Waar anderen piloot of ingenieur antwoordden bleef het bij hem een koppige “niets, niets, niets”. Maar, zo geeft de componist toe, “er was altijd muziek in mijn leven. Al vanaf ik als driejarig kind een piano aanraakte. Het is tot op heden mijn lievelingsinstrument gebleven”. Hij genoot een klassieke muzikale vorming, volgde compositieleer aan de universiteit van Tokio en had een bijzondere belangstelling voor etnische muziek. Maar hij was al een bekende popster toen filmregisseur Nagisa Oshima hem vroeg om te acteren in ‘Merry Christmas Mr. Lawrence’. Sakamoto schrok van die vraag want hij had nog nooit geacteerd maar “omdat Oshima nu eenmaal mijn grote held was, kon ik niet weigeren”. Sakamoto herinnert zich nog goed dat hij kort nadien een vreemde inval kreeg. Hoewel hij een filmliefhebber was maar bij het kijken nooit naar de muziek ervan luisterde, was er plots dat idee om voor “Merry Christmas…” de muziek te componeren. Regisseur Oshima was akkoord want ik was per slot van rekening een muzikant. “Alleen wist ik echt niet hoe ik aan dat componeren moest beginnen. Daarom vroeg ik aan ‘Merry Christmas’ producent Jeremy Thomas of hij mij één filmreferentie wilde geven om aan de opdracht te beginnen. Het werd ‘Citizen Kane’ van Orson Welles. Uit die film is alles voortgevloeid”, zegt Sakamoto. En omdat er ‘Merry Christmas’ in de filmtitel stond, begon hij met Kerstliederen van over de hele wereld te verzamelen en te beluisteren. Eenmaal de film gedraaid bleek er voor de componist een bijkomend probleem. “Omdat ik ook in de film acteerde moest ik muziek schrijven bij mijn eigen personage. En ik haatte de manier waarop ik acteerde. Daarom heb ik mijn best gedaan om door mijn muziek mijn slecht acteren te compenseren”, lacht Sakamoto.
Van zijn samenwerking met Oshima herinnert Sakamato zich de grote vrijheid die hij kreeg. Bij het componeren voor ‘The Last Emperor’ van Bernardo Bertolucci was dat helemaal anders. Bertolucci kende immers veel van opera en zette de lijnen uit. “Van hem kreeg ik de opdracht om Chinese muziek uit het begin van de twintigste eeuw aan te passen aan de sfeer van een moderne Europese film. De muziek moest daarenboven tegelijk dramatisch en episch zijn. En Bertolucci wilde inspraak in het soort instrumenten dat ik gebruikte. Ironisch is wel dat de Oosterse klanken en invloeden in de score van de film aan mij worden toegeschreven terwijl ze eigenlijk van David Byrne zijn”, lacht Sakamoto.
De jongste jaren werkte Ryuichi Sakamoto eerder in de luwte en verdween door ziekte zelfs een jaar van het toneel. Met de score voor ‘The Revenant’ maakte hij evenwel een denderende comeback. Curator Martine Huvenne toonde een fragment uit die film om er op te wijzen hoe muziek een scène gewicht kan geven. Sakamoto keek, luisterde en monkelde. “Bij ‘The Revenant’ was er immers, in tegenstelling tussen wat er gewoonlijk gebeurt, een perfecte samenwerking tussen mijzelf en de sound designer. Vandaar dat mijn muziek weliswaar gewichtig overkomt maar door toevoegingen van natuurgeluiden toch een zekere openruimtegevoel heeft en geeft”, aldus Sakamoto die voor die film een twee uur lang durende score componeerde die echter nooit de aandacht van de actie wegtrekt.
Eerder op de dag kwamen ook Jeff Beal en Jeff Russo hun composities toelichten voor respectievelijk ‘House of Cards’ en ‘Fargo’. Van Russo onthouden we vooral dat hij door zijn muziek de kijker niet laat wegkijken als hij een bloederige slachtpartij ziet in ‘Fargo’. Zowel Jeff Beal als zijn collega bewezen dat een gezegde als “stilte is soms de meest welsprekende muziek” geen loze uitdrukking is en lieten onder meer het verschil horen tussen elektronisch uitgevoerde en door musici gespeelde muziek. Film- en muziekliefhebbers werden er heel stil van. Ook die stilte was welsprekend.